We verlaten het hostel in Cairns. Met de taxi (er is geen bus hier) op weg naar de luchthaven om een auto te huren. Bij Avis paperassen in orde gemaakt, we krijgen een Outlander en mogen er alledrie in rijden.
Inleveren in Sydney centrum over 2.5 wk. Fijn ding, om te beginnen passen de drie hutkoffers achterin. Automaat, da’s ook makkelijk.
Links rijden is wennen, of eigenlijk vooral in een wagen met rechterstuur rijden. Pedalen zijn niet gespiegeld, de knoppen zoals richtingaanwijzer wel, verwarrend.
Bestemming is Townsville en Magnetic Island.
We rijden langs de kust over de A1 Bruce Highway. We rijden langs suikerriet en mangoplantages, langs smalspoorbanen voor suikerriet karretjes.
En boerderijen en platte huizen met heel mooi aangelegde voortuinen, of voorvoetbalvelden soms. O ja, en benzine kost hier de helft.
En af en toe een dorpje, met brede straten, lage huizen, en wild-westachtige winkelstraten.
Na vieren komen we in Townsville, waar we op de ferry naar Magnetic Island stappen, de laatste ferry van de dag, om 17u.
Op de boot was wifi en heeft Arthur deze blogsite hersteld, terwijl die draait aan de andere kant van de wereld, wonderlijk toch. Iets met de proxyserver aan de hand.
Op Magnetic Island de bus gepakt, nokjevol, en uitgestapt in Picnic Bay. Nog 10 min lopen en we vonden ons appartement.
Supermooi van binnen, buiten schaduwplekken, palmbomen. Gaat lukken hier komende dagen!
O, ’s avonds zagen we nog een paar rare loopvogels bij het resto, het bedeltype, met hoge poten, kunnen snel lopen.
Toen we terugliepen in het donker zagen we een stel mini-kangoeroes: wallabies, schattige diertjes. O, en ze kunnen heel hard rennen!
Nog twee leuke foto’s van de wachtruimte bij de ferry:
In een aquarium een koraal met anemoon en Nemo-vis. Misschien moet ik ‘m aan de snorkel foto’s toevoegen, hehe.